Uit cijfers van Constructiv, de dienstverlenende organisatie van de bouw waarin zowel de vakbonden als de werkgevers zetelen, blijkt dat de uitstroom van werknemers tussen het eerste kwartaal van 2018 en het tweede kwartaal van dit jaar beduidend hoger ligt dan de instroom.
Instroom | Uitstroom | |
---|---|---|
2018 | 46.983 | 50.091 |
2019 | 44.561 | 48.288 |
2020 | 41.586 | 45.930 |
2021 | 48.322 | 50.607 |
2022 (Q1 en Q2) | 24.468 | 25.312 |
Daarom heeft de sector zich ambitieuze doelstellingen gezet: tegen 2030 moet de uitstroom met 20% gedaald zijn en de instroom met 20% gestegen zijn. Dat is simpelweg nodig, want de bouw kampt al jaren met openstaande vacatures die maar niet ingevuld geraken. Op het einde van het tweede kwartaal van 2022 zocht de bouw maar liefst 16.200 mensen in België.
Niko Demeester, CEO van Embuild: “Nochtans kan je onze sector op dit vlak geen fatalisme verwijten. Werkgevers en vakbonden samen werken oplossingen uit en hebben in het voorjaar het startschot gegeven van een ambitieuze imagocampagne die tot 2030 loopt onder de slogan ‘de bouw kijkt verder’. Die campagne beoogt vooral een imagoswitch, want de bouw is geëvolueerd tot een technische, veiligere, propere sector. Alleen is dat nog niet doorgedrongen bij het grote publiek.”
Jongeren en minderjongeren moeten opnieuw uit fierheid voor metser, elektricien, tekenaar, ingenieur en zo veel andere bouwberoepen kiezen. De bouw zorgt, zoals nu al het geval is, in ruil voor stabiele en goed betaalde jobs. Dat moeten we volgens Embuild duidelijk maken aan het grote publiek, zodat veel meer ouders dan nu hun kinderen in een bouwrichting inschrijven.
Volgens de bouwfederatie moet er daarnaast langs beleidszijde meer aandacht gaan naar het activeren van werkzoekenden en de inactieven op de arbeidsmarkt. Dat gebeurt nu al voor een stuk, maar kan volgens Embuild nog beter. Het kan immers niet dat heel wat sectoren, waaronder de bouw, met een ernstig personeelstekort zitten, terwijl er anderzijds een reservoir aan talent beschikbaar is dat nu amper wordt aangesproken. Activering, vorming en omscholing moeten de kern van het arbeidsmarktbeleid vormen. De bouwbedrijven leveren daarvoor zelf al veel inspanningen, het is belangrijk dat de overheden de inactieven aanzetten tot werken.