Energiezuinige maatregelen gaan in stijgende lijn
Een eerste opvallende resultaat: maar liefst 93(!)% van de respondenten vindt van zichzelf dat hij/zij energiebewuste keuzes maakt met betrekking tot de woning. Daarnaast zien we dat dit gedrag zich ook daadwerkelijk omzet in acties. Bij elke respondent wordt de woning van een minimum aan energiezuinige maatregelen voorzien. Zo wordt het grote merendeel van de huizen degelijk geïsoleerd: in ruim 67% van al woningen is er dakisolatie, 62% van de woningen zijn voorzien van isolerende beglazing en 55% hebben isolerende muren. Vloerisolatie is in iets minder dan de helft van de woningen aanwezig. Een efficiënt verwarmingssysteem blijkt met zijn 45% eveneens nog niet in het merendeel van de huizen geïnstalleerd te zijn. De minst voorkomende maatregel is een degelijke ventilatie/luchtdichtheid, slechts zo’n 1/3e van de woningen beschikt hier over.Over de jaren heen zien we een toename van energiezuinige maatregelen: de woningen gebouwd/gerenoveerd na 2010 zijn beter uitgerust met deze maatregelen dan voordien. De mate waarin woningen geïsoleerd zijn is afhankelijk van de leeftijd van de woning. Zo zijn woningen die meer dan 15 jaar oud zijn minder vaak voorzien van voornamelijk isolerende beglazing, muur- en vloerisolatie. Vooral op het vlak van vloerisolatie is er de laatste jaren een sterke stijging merkbaar: een verbetering van zo’n 25% ten opzichte van de periode 2000-2010. Ook qua luchtdichtheid en ventilatie van de woningen is er de afgelopen jaren veel verbeterd: 54% van de ondervraagden geeft aan dat zijn woning luchtdicht en voorzien van ventilatie is, terwijl dit in de periode van 2000 tot 2010 slechts 31% was en voorheen zelfs slechts 10%.
Wanneer we het onderscheid maken tussen enerzijds verbouwingen en anderzijds nieuwbouwwoningen, zien we dat de nieuwe woonsten beter voorzien zijn van de energiezuinige maatregelen, en dan vooral op het gebied van vloer- en muurisolatie en luchtdichtheid/ventilatie.
Wat met de keuze en het type van het verwarmingssysteem?
Bij de keuze van de verwarmingsinstallatie hebben voornamelijk de energie-efficiëntie en de terugverdientijd van de installatie een doorslaggevende rol. Of de installatie gesubsidieerd wordt, gebruik maakt van hernieuwbare energie en een geluidsstille werking heeft, heeft ook zijn invloed op de keuze. Minder belangrijk zijn het design en de mogelijkheid om de installatie van op afstand te bedienen.Voor de keuze van het verwarmingssysteem laat men zich in 1/5e van de gevallen informeren door de installateur. Verder worden vrienden/familie en kennissen in 17% van de gevallen gezien als een bron van informatie. Ook een bezoek aan de beurs blijkt zeer informatief (eveneens 17%). We stellen ten slotte vast dat men vaak zelf op zoek gaat naar informatie op het internet of via de media (15%).
Wat betreft het type verwarmingssysteem zien we dat de condensatieketel de grote winnaar is. Met zo’n 58% is dit het populairste efficiënt verwarmingssysteem, gevolgd door de warmtepomp (31%) en zonnepanelen (26%). Deze verwarmingssystemen sluiten elkaar niet uit, zo blijkt dat in 30 gevallen de condensatieketel gecombineerd wordt met warmtepomp en in 77 gevallen met zonnepanelen. Ook de warmtepomp wordt 67 keer gecombineerd met zonnepanelen.
Wanneer we een onderscheid maken in de periode van de bouw/renovatie zien we dat het vooral de warmtepomp is die de laatste jaren aan een opmars bezig is. De voornaamste redenen om voor dit type systeem te kiezen zijn de lagere energiefactuur en de milieuvriendelijkheid.
Ook de zonneboiler komt in vergelijking met vroeger steeds vaker voor in de woningen, dit ten koste van de zonnepanelen die over hun hoogtepunt heen lijken te zijn. In de periode van 2000 tot 2010 lag het aantal woningen met zonnepanelen 5.5% hoger dan na 2010.
Opvallende verschillen komen naar voren wanneer we de nieuwbouw woningen vergelijken met de verbouwingen. Zowel zonnepanelen als warmtepompen zijn meer dan dubbel zo aanwezig op nieuwe woningen dan bij renovaties. De condensatieketel daarentegen is populairder bij de verbouwers.