De tentoonstelling zelf is immersief en participatief, en stelt de toekomstige mobiliteit voor, vertrekkend van een reeks Belgische innovaties. Zo zal ze Smart & Green Belgium 2050 voorstellen via een toekomstgerichte scenografie.
Het paviljoen is een co-creatie van BESIX, de architectenbureaus Assar Architects en Vincent Callebaut Architectures, en de scenografen van Krafthaus. Dankzij hun samenwerking kon het project zich op architecturaal, scenografisch en artistiek vlak optimaal en coherent ontwikkelen. Creneau International staat in voor het ontwerp en de ontwikkeling van de retail- en horecaconcepten in het paviljoen.
Met het Belgisch paviljoen tonen BESIX en haar partners aan dat het mogelijk is om onze steden anders te percipiëren, namelijk als intelligente steden toegespitst op de mens en de biodiversiteit. De integratie van nieuwe, nuttige technologieën met betrekking tot mobiliteit en architectuur draagt er rechtstreeks toe bij.
Milieu-excellentie
Het gebouw van het Belgisch paviljoen, een voorbeeld van geavanceerd ecodesign, werd ontworpen volgens 9 hoofddoelstellingen.Het is een duurzaam en slim geventileerd gebouw (1). Het gebouw filtert het natuurlijke licht (2) en bevat geavanceerde hernieuwbare energieën (3). Het watergebruik werd volgens de verschillende doeleinden geoptimaliseerd (4).
Uitgaande van een holistische visie op de levenscyclus van materialen (5) is het paviljoen een voorbeeld van circulaire economie. Het bestaat dan ook uit lokale materialen van biologische oorsprong, afkomstig van gerecycleerde en recycleerbare producten uit eerlijke circuits. Het gebouw zal ook een hoog cijfer voor afvalscheiding halen (6). Aansluitend op een afvalneutrale logica is het paviljoen zo ontworpen dat het kan worden geassembleerd, vervoerd en gedemonteerd.
Op het vlak van koolstofuitstoot zal het paviljoen zijn eigen uitstoot verantwoord meten, verminderen en compenseren (7). De hangende tuinen zullen door fotosynthese de CO2 omzetten in zuurstof, en vormen zo een koolstofput. Als een echte oase zal deze koolstofput met zijn 10.000 planten tot 35 ton CO2 opslaan tijdens de hele duur van de Wereldexpo. De biodiversiteit en ecologische waarde van de site helpt trouwens efficiënt te strijden tegen het warmte-eiland-effect (8). De evapotranspiratie van de planten zal de gevoelstemperatuur met 3 tot 5 graden doen dalen.
Tot slot heeft het gebouw ook een educatief doel met betrekking tot ecoverantwoorde levenswijzen (9). Het publiek zal geïnformeerd worden over slimme technologieën waarmee ze hun energieverbruik, CO2-uitstoot en afvalproductie kunnen optimaliseren.
Architecturale excellentie
Het paviljoen heeft de vorm van een groene ark. Deze combinatie van gebouw-tuin staat symbool voor de unie tussen de federale staat en de gefedereerde entiteiten van ons land.Op architecturaal vlak is de vorm van het paviljoen zo ontworpen dat de bezoekers een zo groot mogelijke beschaduwde en geventileerde ruimte hebben. Een spiraalvormig gewelf overspant het oppervlak van het paviljoen en zuigt de bezoekers letterlijk op.
Deze boog steunt op twee pijlers, waardoor de in beslag genomen ruimte minimaal is en het onthaal en de mobiliteit van de naar schatting 20.000 mensen die elke dag de site bezoeken vlot verloopt.
Het gewelf heeft de vorm van een spiraal en maakt een draaiing van 180 graden. Hieronder loopt een wandelpromenade dwars door het paviljoen. Ze is in de grond uitgegraven en onderstreept op die manier het effect van een omgekeerd eiland.
De architectuur symboliseert het dynamische karakter van België. De grote gastvrije boog staat voor de convergentie van de wetenschappelijke en technologische vooruitgang, de economische ontwikkeling en de menselijke en maatschappelijke aspecten.