De voornaamste organisaties uit de bouw- en vastgoedsector – Embuild Vlaanderen, Bouwunie, BVS, NAV, de Orde van Architecten, BVA en ORI – juichen dit toe. "Meer nog, we slaan de handen in elkaar en presenteren de commissie en de regering een gezamenlijke nota met concrete oplossingen in alle fases van de procedure, van de onderliggende regelgeving over het vooroverleg tot de afhandeling van de beroepen. We zijn er als sector van overtuigd dat ook de inhoud van een vergunningsaanvraag onder de loep dient te worden genomen.", zegt Caroline Deiteren van Embuild Vlaanderen.
"De focus mag dus niet enkel liggen op de beroepsprocedures aan het einde van de rit. Want de slinger is doorgeslagen door een veelvoud aan vereiste studies, terreinonderzoeken en de gevraagde detailgraad. Die kosten handenvol geld en tijd. Ook kunnen er vaak vragen gesteld worden bij de meerwaarde ervan.", aldus Olivier Carrette van BVS. "Een vergunningentraject staat vandaag jammer genoeg vaak synoniem voor een heus hindernissenparcours. Zo verzandt vooroverleg geregeld in onnodige en vertragende over-en weertrajecten. Het kluwen aan regelgeving en de vele lokale verordeningen maken een vergunningsaanvraag heel complex. En de (te) lage drempel om beroep aan te tekenen zorgt voor tijd- en geldverlies", duidt Jean-Pierre Waeytens van Bouwunie. "Ook liggen tegenstrijdige beleidsvisies tussen het Vlaamse en lokale niveau aan de basis van grote vertragingen. Dat is een grote belemmering voor de verdichtingsopgave", zegt Steven Lannoo van NAV.
Van vooroverleg en beroepsprocedures tot omgevingsbeleid en milieuregels, de bouw- en vastgoedsector legt voorstel na voorstel op tafel om het kafkaiaanse karakter van de vergunningsprocedures weg te werken. Zo stuurt de Vlaamse overheid het aan op verdichting, maar net de vergunningsaanvragen van die projecten hebben de laagste slaagkansen. Dat blijkt uit een studie van de KU Leuven. Het verkrijgen van een vergunning voor een woonproject van 20 eenheden, inclusief voortraject, duurt in Vlaanderen in het beste geval gemiddeld 28,5 maanden of bijna 2,5 jaar. In het slechtste geval, als er beroep wordt aangetekend tot bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen, bedraagt de doorlooptijd gemiddeld 65,5 maand of meer dan 5 jaar. Maar evengoed zijn er projecten die zeven tot tien jaar lang verzanden. Op basis van een knelpuntenanalyse en een lijst met concrete oplossingen, wil de sector nu samen met de nieuwe gemengde commissie de bouwoplossingen voor Vlaanderen uit het slop trekken. Hieronder prioritaire punten uit een uitgebreidere lijst:
- Vooroverleg: schat deze stap naar waarde door de afspraken bindend te maken. Vandaag vraagt dit heel veel tijd maar later in het proces worden tal van zaken herroepen.
- Inhoud van de vergunningsaanvraag: een drastische vereenvoudiging dringt zich op. De toenemende hoeveelheid, detailgraad en complexiteit van gevraagde plannen en onderzoeken hebben de grenzen van "common sense" overschreden.
- Vergunningsprocedure: pas het only once-principe toe om het meermaals opvragen van al dan niet verplichte gegevens te vermijden. Daarbij is doorgedreven digitalisering aangewezen.
- Openbaar onderzoek: zorg ervoor dat niet alleen tegenstanders maar ook bedrijven, verenigingen en burgers die voor een project zijn, aan bod kunnen komen.
- Beroepsprocedure: Zorg dat enkel degene met een rechtstreeks en persoonlijk belang beroep kunnen aantekenen & zorg voor extra personeel om maanden van vertraging te vermijden.
- Verdichtingsbeleid: tegenstrijdige visies tussen het Vlaamse en het lokale niveau liggen aan de basis van grote vertragingen in het vergunningenproces. Dat maakt de verdichtingsopgave haast onmogelijk. Daarom is er nood aan een duidelijke visie die de niveaus overschrijdt en die de wildgroei aan lokale verordeningen stroomlijnt. Ook is er nood aan 'bouwshiftconvenanten' waarin alle overheden en stakeholders gezamenlijke afspraken en engagementen onderschrijven.