Meer dan 20% van de Belgen wacht tot hun 30ste om het ouderlijke nest te verlaten

Voor 66% van de Belgen is verhuizen meer dan een administratieve wijziging; het markeert een nieuw hoofdstuk in hun leven. Vanuit vastgoedperspectief is ons leven een opeenvolging van verschillende woningen, van geboorte tot vandaag.

Immoweb heeft dit fenomeen onderzocht en brengt met een diepgaand onderzoek de vastgoedgeschiedenis van de Belgen in kaart. In lijn hiermee lanceert het platform ook een nieuwe reclamecampagne die deze voortdurende verandering belicht: hoe woningen zich opstapelen en onze woonbehoeften doorheen de jaren evolueren.

In de loop van hun leven verhuizen Belgen gemiddeld bijna 4 keer

Belgen verhuizen minder vaak dan Fransen en Duitsers, die gemiddeld meer dan 4 keer verhuizen in de loop van hun leven. Deze frequentie verschilt echter van gewest tot gewest: in Brussel is het gemiddelde meer dan 4 verhuizingen, terwijl het in Vlaanderen en Wallonië iets minder is.

"Brusselaars blijken mobieler te zijn, een trend die verklaard kan worden door een dichter woningaanbod, een meer dynamische huurmarkt en een gemiddeld jongere bevolking," legt Alicia Rees uit, doctoraatsstudente demografie (UCLouvain).

Het ouderlijke nest verlaten... maar er soms naar terugkeren

Volgens de resultaten van het onderzoek is de gemiddelde leeftijd waarop jongeren het ouderlijk huis verlaten 22 jaar. Dit is later dan bij de buurlanden: in Frankrijk is het gemiddelde 21 jaar en in Duitsland 20,5. Bovendien wachtte 22% van de ondervraagde Belgen tot 30 jaar of ouder om zelfstandig te worden, tegenover 15% in Frankrijk en 14% in Duitsland. Bovendien wachtte 22% van de ondervraagde Belgen tot hun 30ste of ouder om zelfstandig te gaan wonen, tegenover 15% in Frankrijk en 14% in Duitsland.


Uit de Immoweb-studie blijkt verder dat 17% van de Belgen na hun eerste ervaring met onafhankelijkheid terugkeert naar hun ouders, een percentage dat vergelijkbaar is met dat in Frankrijk en iets hoger dan in Duitsland (15%). Deze trend verschilt van gewest tot gewest, met 21% van de Brusselaars, 18% van de Vlamingen en 15% van de Walen die naar hun ouderlijk huis terugkeren.

"Er zijn verschillende redenen om terug te keren naar het ouderlijk huis. Jonge werknemers hebben vaak te maken met onzeker of tijdelijk werk, problemen met het vinden van een woning of het afsluiten van een lening. Relaties spelen ook een belangrijke rol, aangezien een breuk of echtscheiding kan leiden tot een tijdelijke terugkeer naar het ouderlijk huis, net lang genoeg om een zekere mate van stabiliteit te herwinnen. Voor veel jongvolwassenen is het ouderlijk huis een oplossing voor economische of persoonlijke onzekerheden"

Alicia Rees, doctoraatsstudent demografie (UCLouvain).

Het liefdesleven, een belangrijke factor bij het veranderen van woning

Relaties spelen een doorslaggevende rol in de beslissing om te verhuizen. 65% van de ondervraagde Belgen zei dat hun wooncarrière werd beïnvloed door hun liefdesleven, een trend die nog sterker was bij de 35-44-jarigen (74%). Dit verband tussen liefde en woonmobiliteit wordt ook weerspiegeld in de redenen om te verhuizen. Na het verlaten van het ouderlijk huis (53%), behoren samenwonen met een partner (42%) en scheiding of echtscheiding (31%) tot de meest voorkomende redenen om te verhuizen.

Verre van ideale accommodatie voor veel Belgen

Terwijl 37% van de Belgen hun huidige woning ziet als "een droom die is uitgekomen", ziet de meerderheid hun woning nog steeds als een tijdelijke fase. 28% ziet het als een overgangsfase, 23% als een tijdelijk compromis en 12% vindt zelfs dat het niet aan hun verwachtingen voldoet.

Deze perceptie verschilt van gewest tot gewest. In Brussel, waar de vastgoedmarkt krapper is, zegt slechts 20% van de bewoners volledig tevreden te zijn met hun woning, tegenover 38% in Vlaanderen en 40% in Wallonië. De ontevredenheid is ook groter in de hoofdstad, waar 20% van de Brusselaars vindt dat hun woning niet aan de verwachtingen voldoet, tegenover 15% in Wallonië en 9% in Vlaanderen.

Bovendien beschouwt 35% van de Brusselaars hun huidige woning als een tijdelijk compromis, een veel hoger percentage dan het nationale gemiddelde, wat aangeeft dat het moeilijker is om een woning te vinden die aan hun verwachtingen voldoet.

Elke woning, een getuige van een belangrijke fase in het leven

Of het nu een lange, rustige rivier is of een die niet altijd lineair is, ieders leven bestaat uit keuzes, verrassingen, gebeurtenissen (meer of minder gelukkig), ontmoetingen en soms zelfs ongelukken... Zoveel stadia die kunnen worden afgelezen en teruggevonden in het vastgoedtraject van ieder van ons. Want hoewel ons leven niet alleen beperkt is tot onze vastgoedkeuzes, zijn ze ook verschrikkelijk onthullend voor de verschillende fases van ons leven. Een vaststelling die wordt gedeeld door bijna 8 op 10 Belgen (83%). Volgens het onderzoek zijn de drie belangrijkste levensfasen die samengaan met verhuizen het verlaten van het familiale nest (53%), samenwonen met een partner (42%) en scheiding of echtscheiding (31%).


Andere veel voorkomende redenen:

1. Op zoek naar een groter of groener huis (22%)
   
2. De komst van een kind (18%)
   
3. Verandering van job of economische situatie (14% en 16%)
   
4. Veranderende verlangens en ambities (11%)
   
5. Verandering van school voor kinderen (5%, maar 11% in de leeftijdsgroep 25-34 jaar)
   
6. Overlijden van een naast familielid (5%)

De verhuizing, tussen opwinding en nostalgie

Hoewel 66% van de Belgen zegt blij te zijn met het vooruitzicht om te verhuizen, gaat de overgang nog steeds gepaard met tegenstrijdige emoties. 50% van de respondenten voelt zich ongeduldig, terwijl 39% zich overweldigd voelt door de organisatorische verplichtingen die gepaard gaan met een verhuizing.

Naast deze dualiteit gaat de verhuizing ook gepaard met meer melancholische gevoelens: 33% voelt nostalgie, 25% voelt verdriet in verband met de achtergelaten herinneringen en 20% zegt zich zorgen te maken over het onbekende. 12% gaat zelfs zover dat ze zich verloren voelen, geconfronteerd met het wegvallen van hun referentiekaders.

Het onderzoek onthult ook regionale verschillen in de manier waarop deze overgang wordt ervaren:

• Geluk wordt vaker geassocieerd met verhuizen in Vlaanderen (69%), gevolgd door Wallonië (65%) en tot slot Brussel (59%).
  
• Ongerustheid is hoger in Brussel (27%), lager in Wallonië (20%) en nog lager in Vlaanderen (19%).
  
• Het gevoel overweldigd te worden door de logistiek van de verhuis is ook meer uitgesproken in Brussel (45%), gevolgd door Vlaanderen (41%) en Wallonië (34%).

"In Brussel, waar de huurdruk hoog is en de mobiliteit frequenter, lijkt het verhuisproces emotioneler te zijn. In Vlaanderen daarentegen, waar de toegang tot huisvesting als stabieler kan worden ervaren, wordt verhuizen vaker als een positieve stap gezien", legt Alicia Rees, doctoraatsstudente demografie (UCLouvain), uit.