“In plaats van voor koopkrachtverhoging via meer loon op kap van de werkgevers, zouden ze beter actie voeren voor een koopkrachtverhoging via een lastenverlaging.” België staat aan de top in de EU als het gaat over de loonwig, het verschil tussen de brutoloonkost van de werkgever en wat de werknemer netto overhoudt. De Scandinavische landen geven trouwens het goede voorbeeld. In deze landen is de loonwig veel lager, met als gevolg een hoger nettoloon voor de werknemer zonder een hogere loonkost voor de werkgever. “En toch met een goed werkend overheidsapparaat en een sociaal vangnet om ‘u’ tegen te zeggen”, aldus Waeytens.
“We zitten midden in een crisis. Onze bouwbedrijven kreunen. Orderboekjes geraken minder goed gevuld, klanten haken af en ondertussen kampen ze zelf met steeds hogere kosten voor bouwmaterialen, grondstoffen, lonen en energie. Kosten die ze moeilijk of onvoldoende kunnen doorrekenen aan de klanten. En in zo’n klimaat durven de vakbonden dan nog actie voeren?”, zegt Bouwunie-topman Jean-Pierre Waeytens. In januari hebben werknemers zicht op een indexering van maar liefst 10,84 procent. En nog is het niet genoeg. “Geloven de vakbonden nu echt nog in de Sint”, vraagt Waeytens zich af.
“In plaats van voor koopkrachtverhoging via meer loon op kap van de werkgevers, zouden ze beter actie voeren voor een koopkrachtverhoging via een lastenverlaging.” België staat aan de top in de EU als het gaat over de loonwig, het verschil tussen de brutoloonkost van de werkgever en wat de werknemer netto overhoudt. De Scandinavische landen geven trouwens het goede voorbeeld. In deze landen is de loonwig veel lager, met als gevolg een hoger nettoloon voor de werknemer zonder een hogere loonkost voor de werkgever. “En toch met een goed werkend overheidsapparaat en een sociaal vangnet om ‘u’ tegen te zeggen”, aldus Waeytens.
“In plaats van voor koopkrachtverhoging via meer loon op kap van de werkgevers, zouden ze beter actie voeren voor een koopkrachtverhoging via een lastenverlaging.” België staat aan de top in de EU als het gaat over de loonwig, het verschil tussen de brutoloonkost van de werkgever en wat de werknemer netto overhoudt. De Scandinavische landen geven trouwens het goede voorbeeld. In deze landen is de loonwig veel lager, met als gevolg een hoger nettoloon voor de werknemer zonder een hogere loonkost voor de werkgever. “En toch met een goed werkend overheidsapparaat en een sociaal vangnet om ‘u’ tegen te zeggen”, aldus Waeytens.
- Bouw & Wonen Partners:
