De Vlaamse Confederatie Bouw heeft een recente VITO-tabel onder de loep genomen die aanleunt bij de 80.000 ha vermeld in de media. Om precies te zijn gaat het om 78.621 ha die volgens het VITO nog in aanmerking komt voor ruimtebeslag. Dat is evenwel een breed begrip dat mijlenver verwijderd ligt van betonneren. Zo vallen ook tuinen, recreatie, sportterreinen enz. onder ruimtebeslag tot zelfs weides met paarden. Dat leert ook onderstaande tabel : zo zou wonen nog 25.245 ha kunnen innemen en dat is inclusief tuinen. Die schaarste heeft al langer geleid tot gunstige trends in ruimtelijk rendement. Zo wordt twee derde van de nieuwe woningen en flats gerealiseerd op terreinen die al tevoren bebouwd werden en zij nemen dus geen nieuwe ruimte in. Bovendien zit het aantal flats in de lift en over drie jaar is dit het dominante woningtype in Vlaanderen. Ook heeft het rapport van Natuurpunt geen oog voor nieuwe technologieën in de sector rond bouwwijze, waterinfiltratie en vertraagde absorptie, natuurtechnische toepassingen enz.
VITO-gegevens gepubliceerd in 2017 ter ondersteuning van beleidsplan ruimte Vlaanderen (BRV)


Ook de laatste VITO-studie – ‘Monetariseren van de impact van urban sprawl in Vlaanderen’ – ging uit van compleet onrealistische scenario’s die niet alleen gunstige trends in ruimtelijk rendement negeren, maar ook evoluties in kaart brengen die volledig ingaan tegen het huidige juridische kader, de juridische voorraad en de ruimtebalans in Vlaanderen. Die ruimtebalans reguleert intussen al een kwarteeuw zorgvuldig het ruimtegebruik in onze regio. Een scenario dat er flagrant tegenin gaat, is eenvoudigweg niet realistisch en is bijgevolg geen voer voor beleid.
Studies die overdreven de ruimte voor wonen en werken viseren, zijn nefast voor het maatschappelijke debat. Onrealistische uitgangsposities maken immers dat er beleidsopties op tafel kunnen komen te liggen die niet op maat zijn van de huidige evolutie in ruimtegebruik en die nodeloos betaalbaar wonen en de economische ontplooiing van onze regio op de helling zetten.
Van zodra we kunnen beschikken over de VITO-berekeningen in dit rapport van natuurpunt, zullen we verder ten gronde reageren op hun stellingnames.