Op 1 januari 2025 schakelt de bouwsector volledig over op de elektronische versie van het C3.2a-formulier, beter bekend als de dopkaart. Dit formulier wordt door arbeiders aan het begin van de werkdag ingevuld om aan te geven of ze werken, tijdelijk werkloos zijn of ziek zijn. Aan het einde van de maand vergelijkt de RVA het aantal gemarkeerde dagen van de arbeider met de gegevens die de werkgever heeft doorgegeven. Indien alles overeenkomt, ontvangt de arbeider een werkloosheidsvergoeding. Vanaf januari 2025 komt de papieren versie van de dopkaart te vervallen, en gebeurt alles uitsluitend digitaal. Hoewel de elektronische dopkaart al sinds 1 september 2023 beschikbaar is, blijkt uit onderzoek van Bouwunie dat slechts 7.364 van de 135.012 bouwvakarbeiders hierop zijn overgestapt. Dat is amper 5,5%, en de klok tikt.
"De tijd dringt, vooral met de winter voor de deur," waarschuwt Bouwunie-topman Jean-Pierre Waeytens. "Dit is het seizoen waarin gemiddeld meer bouwvakarbeiders tijdelijk werkloos zijn door slechte weersomstandigheden. Als ruim 127.000 arbeiders nog massaal moeten overschakelen naar de elektronische dopkaart, kunnen we grote problemen verwachten, mogelijk met gevolgen voor de tijdige uitbetaling van de werkloosheidsvergoedingen."
Hoewel de RVA een overgangsperiode van zes maanden heeft aangekondigd, is er nog steeds onduidelijkheid over de praktische uitwerking. De verantwoordelijkheid om de stap naar de digitale versie te zetten ligt bij de werknemer, maar werkgevers maken zich toch zorgen. "Onze kmo-werkgevers voelen zich verantwoordelijk voor hun arbeiders," zegt Waeytens. "Als er problemen ontstaan met de dopkaart, belanden die uiteindelijk op hun bureau. Natuurlijk zullen ze hun arbeiders ondersteunen, maar dit betekent extra werk voor hen."
Buitenlandse arbeiders, die vaak rechtstreeks in dienst zijn van kmo-bouwwerkgevers, ervaren ook extra moeilijkheden met de digitale versie, wat de zorgen in de sector verder vergroot. Bouwunie dringt daarom aan op meer duidelijkheid over de overgangsperiode en pleit voor uitstel van de invoering en een verlenging van de overgangsperiode. "Zo krijgt de grote meerderheid van de arbeiders meer tijd om van de papieren naar de elektronische dopkaart over te stappen," stelt Waeytens. Daarnaast roept Bouwunie de RVA op om in de eerste maanden van 2025 soepel om te gaan met beginnersfouten of correcties en begrip te tonen voor eventuele problemen in de overgangsfase.
Een belangrijke reden voor het lage percentage arbeiders dat al is overgestapt naar de elektronische dopkaart is onwetendheid. Veel bouwvakarbeiders zijn zich niet bewust van de verplichting om de digitale versie te gebruiken. Maar het probleem ligt niet alleen bij gebrek aan kennis. Praktische uitdagingen spelen ook een rol, vooral bij buitenlandse arbeiders. Om in te loggen, heb je bijvoorbeeld Itsme of een Belgische eID nodig, maar niet alle buitenlandse arbeiders beschikken daarover. Hoewel het mogelijk is om via een token in te loggen, is het voor hen vaak onduidelijk hoe zo'n token aangevraagd moet worden.
Daarnaast rijst de vraag of het wel haalbaar is dat de overheid verplicht om alleen nog elektronisch te werken, zeker als nog maar 5,5% van de bouwvakarbeiders hiermee vertrouwd is. Dit betekent dat iedere arbeider een smartphone (voor de app) of een computer moet hebben. Hoewel veel arbeiders in 2024 inderdaad over een van deze apparaten beschikken, zijn er nog steeds mensen zonder smartphone. Bovendien moet een arbeider bij een controle door de sociale inspectie op de werf zijn ingevulde dopkaart kunnen tonen. Dit vergt dat de dopkaart elektronisch beschikbaar is en opgeroepen kan worden, wat op een werf met beperkte internetverbindingen vaak lastig is.
"Digitaliseren is goed, zeer goed zelfs, maar het moet haalbaar en praktisch blijven. Tot slot kan het ook niet de bedoeling zijn dat elke arbeider er nu van uitgaat dat een smartphone een extralegaal voordeel in zijn loonpakket zal zijn," besluit Waeytens.
Meld je aan voor onze nieuwsbrief
Elke werkdag het laatste nieuws in uw mailbox!
Aanmelden!Alleen de nieuwsbrief, geen spam