Stijgende vraag
Terwijl de demografische groei in Vlaanderen de afgelopen tien jaar 6 % bedroeg en de komende tien jaar gemiddeld 5 % bedraagt en wijdverspreid is over alle Vlaamse gemeenten heen, is die toename aan huishoudens vaak nog een stuk sterker in onze kernen en centra. Voorts is er een uitgesproken trend in gezinsverdunning die de vraag naar kleinere woningen en flats aanzienlijk doet toenemen. Dat woontype kende de afgelopen twee decennia dan ook een hoge vlucht.Beperkingen op het woonaanbod
Bouwpauzes, inbreidingsprojecten die on hold worden gezet, de toenemende schaarste in bouwgronden: de combinatie van al deze beperkingen weegt op het stagnerende woonaanbod met verdere prijsstijgingen in de toekomst als gevolg. Bovendien zijn het al te vaak net de inbreidingsprojecten die verdere verstedelijking creëren en de bouwshift verder helpen, die bij een bouwpauze on hold worden gezet.Daarnaast heeft de Vlaamse Confederatie Bouw al eerder geanalyseerd dat de reserve aan percelen cruciaal is om de vastgoedprijzen in een gemeente in de hand te houden. Hoe beperkter de onbebouwde voorraad aan bouwgronden - ten aanzien van het aantal gezinnen in een gemeente - hoe hoger de stijging van de huizenprijzen. Die correlatie blijkt uit onderstaande grafiek.
Grafiek - Relatie tussen aantal onbebouwde percelen per huishouden (horizontale as) en stijging van de huizenprijzen tussen 2010 en 2017 (verticale as).
Het hoeft dan ook niet te verbazen dat vooral de woonprijzen in Vlaams-Brabant sterk stijgen. Dat is een sprekende case aangezien die provincie een sterke bevolkingsgroei koppelt aan een stagnerend woonaanbod met een resem lokale bouwstops die vervolgens de druk vergroten op de buurgemeenten.