Steeds meer musea wagen zich aan peperdure verbouwing

Hoewel verbouwen niet alleen zeer kostbaar, maar ook buitengemeen tijdrovend is, blijven musea zich wagen aan grootse verbouwingsplannen. Door de groeiende bezoekersaantallen hebben veel musea dringend meer ruimte nodig. Met als gevolg vaak ambitieuze bouwprojecten die al vertraagd zijn voordat er een schop de grond in verdwijnt.

Zo is het Rijksmuseum in Amsterdam sinds 2003 zeer beperkt open. De geplande opening is in 2013 en de geraamde kosten bedragen 200 miljoen euro. Het fietspad onder het museum en de aanbesteding van het gehele project kostten echter veel extra tijd en geld: zo`n 166 miljoen extra. Ook het Stedelijk Museum overschreed tijd en budget. Zo bleek het ontwerp van het nieuwe gebouw gecompliceerder dan gedacht en waren er problemen met de klimaatbeheersing. Dankzij massaal protest van Amsterdamse kunstliehebbers is het oude gedeelte van het museum inmiddels klaar en tijdelijk weer open voor publiek.

Het Scheepvaartmuseum is dicht sinds 2007. Door problemen met vergunningen en onderzoek naar de mogelijk aangetaste fundering begon de verbouwing echter pas in 2009.

Gebaseerd op: Elsevier