Om na de eerste coronagolf in het voorjaar van 2020 de bouwbedrijven bij te staan bij de veilige heropbouw van de bouwactiviteiten hebben de sociale partners van de bouwsector een sectorprotocol uitgewerkt. Jean-Pierre Waeytens: “In dat protocol staan een aantal beperkingen die gezien de huidige omstandigheden gedateerd en te verregaand zijn. We pleiten niet voor een totale afschaffing van de maatregelen, maar we moeten wel durven nadenken om ook voor de bouw de nodige versoepelingen door te voeren. Het is tijd om samen met de sociale partners en de overheid deze discussie te voeren. Niet alleen de sectorgids, maar ook de generieke gids dient te worden aangepast in de schoot van de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het Werk.”
Collectief vervoer
Bouwunie wijst op de huidige regeling rond collectief vervoer en de meerkost die dit teweeg brengt voor de bouwbedrijven. Al sinds 18 maart 2020 is het verplicht om 1.5 meter afstand te bewaren tijdens het vervoer van en naar de werf. Wanneer die afstand niet kan gegarandeerd worden, moet een afscheiding voorzien worden of moeten mondmaskers gedragen worden waarbij de bezetting in het voertuig beperkt moet blijven.Het is volgens Bouwunie niet logisch dat de bouwsector zich voor het collectief vervoer aan strengere en kostelijke regels moet houden terwijl op het openbaar al lang soepelere regels gelden.
De totale kost voor een gemiddelde bouw-KMO om rekening te houden met de maatregelen voor het collectief vervoer komt neer op acht- à tienduizend euro per jaar. Ook de huur of aankoop van extra voertuigen zijn lopende kosten voor de bouwbedrijven. Deze meerkost zal uiteindelijk worden doorgerekend aan de klant.